Categories
Close
Menu
Menu
Close
Zoeken...
Search

Grote variatie in het veld

Grote variatie in het veld
Print

Nog nooit zag het aardappellandschap er zó divers uit. Nog nooit waren de extremen zó groot. Plant- en oogstmachines waren enkele weken geleden zells samen te zien in het veld. De laatst geplante aardappelen zijn nu aan het boven komen, terwijl de eerste vroege aardappelen al zijn geoogst en de meeste andere percelen in bloei staan (zie foto).  

Grove knollen

Wie vroeg kon planten is aangenaam verrast over het kaliber dat nu al in de rug zit. Aan water was er geen gebrek en elke dag was een groeizame dag. Dit verklaart de vaak grove knollen die nu al aanwezig zijn, zelfs met holheid! De keerzijde van de medaille is, dat een grote waterbeschikbaarheid vaak samen gaat met een laag onderwatergewicht. Voorlopig is die - in laat geplante partijen - vaak nog ondermaats, maar de zon kan daar snel verandering in brengen.

Snelle afrijping

Een ander nadeel van de grote beschikbaarheid van water in de vroege fase van de teelt, is het beperkte wortelstelsel. De aardappelplanten waren niet genoodzaakt diep te wortelen op zoek naar vocht. Dat oppervlakkige wortelstelsel zou wel eens zeer nadelig kunnen zijn mocht het in de komende weken warm en droog worden. Oppervlakkig droogt de bodem dan uit, waardoor de bladeren van de plant snel kunnen gaan slap hangen. Meestal herstelt zich dit, maar in schrale zandgronden kan dit meteen ook het begin van het einde zijn. Zo zien we aardappelpercelen in zandgrond die na amper 74 groeidagen versneld aan het afrijpen zijn… (zie foto). Alle imperfecties bij planten (te nat, structuurschade, ...) zullen bij hitte en/of droogte versneld zichtbaar worden met versnelde afrijping en ondermaatse opbrengst als gevolg.

Vroege aardappelen geplant op 10 mei (foto 23/07/2024, gewas afgestorven na amper 74 groeidagen)

 

Opkomstproblemen

Ook de opkomstproblematiek blijft duidelijk zichtbaar in de percelen. Enerzijds gelinkt aan het (uitgeputte) pootgoed, anderzijds als gevolg van de natte omstandigheden waarin er werd geplant. De combinatie van beide heeft in sommige gevallen geleid tot opkomstpercentages van minder dan 50%. 

Kwalitatief goed en duur pootgoed is noodgedwongen veel te lang op het bedrijf blijven liggen. Bij gebrek aan optimale bewaaromstandigheden, moest er meerdere keren worden afgekiemd. In dat geval wil de poter telkens opnieuw beginnen kiemen. Dit kost veel energie, waardoor er uiteindelijk maar weinig vitaliteit meer over bleef. Zeker in combinatie met het snijden van pootgoed, verhoogden de risico’s op uitputting en rot aanzienlijk. 

Uit het huidige voorjaar kunnen lessen getrokken worden voor de toekomst. Pootgoed moet in de mate van het mogelijke pas afgeleverd worden naarmate het planten in zicht komt. Er moet bovendien werk gemaakt worden van een betere tussentijdse opslag met koeling of de kieming moet op andere manieren geremd worden.

Ook de ervaringen met lange bewaring van pootgoed in de koeling, liepen niet altijd uit op een succes. Telers die ervoor kozen om het pootgoed tot juni bij zeer lage temperaturen te bewaren, moesten tot de vaststelling komen, dat de poters in het veld niet meer wilden kiemen. Mogelijk was het pootgoed na dergelijke lange koude bewaring, fysiologisch té oud geworden en was het hoogtepunt van kieming voorbij.

Moeizame opkomst van minder vitaal pootgoed, versterkt door de natte bij planten

 

Schade door onweer

Bovenop de pootgoed- en opkomstproblemen kwam er de voorbije weken ook nog de schade bij als gevolg van onweer. Lokaal vernielden hagelstenen het gewas of liepen percelen onder water. Percelen met hagelschade moeten goed beschermd worden tegen Phytophthora. Door blad- en stengelbreuk kunnen wonden immers ingangspoorten vormen. De eventuele groeistilstand na hagel hangt af van de mate waarin er nog actief loof over blijft voor fotosynthese. Sterk verhagelde percelen hebben doorgaans een sterke groeiremming en geen verdere gewichtstoename. Bij nieuwe loofgroei (na verloop van tijd) kan de groei zich eventueel een beetje hernemen, maar vaak gaat dit gepaard met misvormingen en kloven in de knol als gevolg van de tijdelijke groeistilstand.

Stengelbreuk na hagelschade


 

Vorig Artikel Stuwen verminderen effecten van droogte
Volgend Artikel Uienhandel komt traag op gang

Comments are only visible to subscribers.