Zowel bessenstruiken (zwarte bes, bosbes, framboos,…) als azalea’s worden aangetast door diverse soorten plaagmijten (spintmijten, weekhuidmijten, galmijten). Deze mijten hebben een vergelijkbare levenswijze, zijn klein, verstoppen zich en zijn moeilijk waar te nemen voor er zichtbare schade is. Omdat de doelgewassen bovendien in de meeste landen als ‘kleine teelten’ beschouwd worden, is het onderzoek dat hiernaar gebeurt vrij beperkt. Een Europese samenwerking zal dus leiden tot een stimulans op het vlak van kennisuitwisseling om de monitoring en bestrijding van deze mijten efficiënter en duurzamer te maken. Met het project UNIFORCE gaan het PCS en ILVO daarom samen met partners uit Nederland, Zwitserland en Spanje de bestaande kennis op vlak van het monitoren van mijten en hun bestrijding samenleggen, optimaliseren en valideren. Concreet zullen we:

• in kaart brengen welke doelmijten voorkomen op verschillende doelgewassen,


• onderzoeken wat de beste techniek is om de verschillende mijten in de verschillende gewassen op te sporen in een vroeg stadium van aantasting,


• nagaan hoe de plant reageert op een aanval door de verschillende plaagmijten om zo te achterhalen waarom bepaalde variëteiten meer of minder gevoelig zijn,


• kijken of de plant volatilen (chemische lokstoffen) afscheidt die mogelijks door nuttigen waargenomen kunnen worden om zo de plaagmijten op te sporen en te bestrijden,


• bepalen welke roofmijten in aanmerking komen om de plaagmijten te bestrijden en hoe deze roofmijten op een duurzame wijze toegepast kunnen worden in de teelten.